Sabine Vandenberghe - Touwtjes om de soep te binden
Project: In zee met jobstudenten
Sabine begon haar werkavontuur al op jonge leeftijd. Toen ze 14 was, werkte ze in een crèmerie, waar ze zelf het ijs draaide en klanten bediende. Het was hard werken, maar de sfeer was gezellig en het contact met de andere jobstudenten was goed. “Er was ook een goed contact. Dat waren allemaal mensen die je kende. Het waren allemaal ‘kinderen van’.” Er was geen strikte planning in de crèmerie: je werkte zolang er klanten kwamen. Ook het weer was een bepalende factor: “Als het ‘s morgens pijpenstelen regende moest je niet gaan, maar het kon zijn dat ze om 14u belden: ‘Kan je toch nog komen? Het is mooi weer.’ Verlofdagen, dat stond niet vast gepland. Je had verlof als het regende. [...] Mijn papa zei altijd: ‘Je hebt een uurwerk om op tijd op je werk te zijn maar om naar huis te gaan zal je baas dat wel zeggen.’”
Toch ging het harde werk in de crèmerie nooit ten koste van de plezierige sfeer en na de uren was er nog tijd voor wat ontspanning. “We gingen rolschaatsen, een milkshake gaan drinken of gaan minigolfen. Of op de dijk gaan rondlopen.”
Toen Sabine 15 was, maakte ze de overstap naar een speelgoedwinkel op de zeedijk, een strandbazaar met emmers, schepjes, postkaartjes en espadrilles. Ze stond vooraan in de winkel, hield de boel in de gaten en hielp klanten die op zoek waren naar spullen voor het strand. “[Ik moest] vooraan staan en kijken dat ze niets ‘pikten’. Vooral dat, en de mensen aanspreken als ze naar iets stonden te kijken, hen helpen, hen aanspreken.”
Later werkte Sabine twee seizoenen in een viswinkel, waar ze veel bijleerde over het verwerken van een vis. De geur van verse vis bleef altijd hangen, zelfs in haar kleren, maar de werkdruk was anders dan op de dijk. Er waren verschillende shiften, en de werkuren waren vast, wat haar 's avonds de kans gaf om vaker af te spreken met vrienden. Het was hard werken, vooral 's morgens, wanneer de gerechten voorbereid moesten worden. Sabine herinnert zich ook nog de grapjes die werden uitgehaald met beginnende jobstudenten: “Dan zonden ze je om touwtjes om de soep te binden.”
Wat haar vakantiewerk zo speciaal maakte, was de unieke sfeer aan de kust. “Een vakantiejob aan de kust is heel anders dan een vakantiejob die je doet in een stad,” zegt Sabine. In een stad is het werk vaak meer routine, terwijl de kust altijd bruist van het toerisme. “Hier ga je altijd een beetje mee met de voeling van het publiek, met de toeristen die er zijn.” De sfeer van vakantie, de mensen die van het zonnetje genieten, en de vrijheid om na je werk naar het strand te gaan, maakt het werken daar anders. En hoewel de tijden zijn veranderd, met winkels die verdwijnen en grotere ketens die opkomen, blijft de charme van de kust wel hangen.
Veel strandwinkeltjes zijn ondertussen verdwenen. De speelgoedwinkel is nu een kledingzaak, de viswinkel is gesloten en de crèmerie is een frituur geworden. Toch heeft Sabine warme herinneringen aan die tijd. Ze heeft er niet alleen hard gewerkt, maar ook vriendschappen gesloten die lang stand hielden. Ze houdt nog steeds contact met collega’s uit de crèmerie en de strandbazaar.
De veranderingen in het toerisme en de manier van werken aan de kust zijn zichtbaar, maar de kern blijft hetzelfde: hard werken, genieten van de zomer en de mensen om je heen, en de voldoening van een drukke werkdag.